De milieu-impact van warmtepompen is hoger dan gedacht, maar er is een oplossing

duurzame warmtebronnen

Dat was even schrikken afgelopen week! De productie van warmtepompen blijkt veel meer milieu-impact te maken dan verwacht. Dit blijkt uit een herberekening van de MilieuPrestatie Gebouwen (MPG) door Stichting Nationale Milieu Database. Hoewel er nog discussie is over de bepaling van de MPG, is het duidelijk dat we moeten inzien dat de energietransitie een grondstoffenprobleem heeft en dat hierop actie ondernomen moet worden door beleidsmakers.

De energietransitie is in volle gang. We stappen massaal over van fossiele brandstoffen naar duurzame energiebronnen, ook voor het verwarmen van onze woningen. Dit is een belangrijke stap om de klimaatdoelstellingen te halen, maar tegelijk legt de energietransitie een groot beslag op grondstoffen.

Gelukkig is er een manier om de impact van warmtepompen te verlagen, namelijk met de collectieve warmtepomp. Met een collectieve warmtepomp bedoelen we een systeem van één of enkele warmtepompen, die samen genoeg water verwarmen voor een hele buurt of gebied. Met een lokaal warmtenet wordt de warmte vervolgens naar de gebruikers getransporteerd.

Ons traditionele energiesysteem, op basis van aardgas en elektriciteit, maakt al decennia gebruik van collectieve voordelen. We zijn allemaal aangesloten op het elektriciteitsnet, zodat niemand een eigen transformator of energiecentrale in de achtertuin hoeft te hebben. Desondanks is dit wel de weg die we nu lijken in te slaan voor onze warmtevoorziening: door geen collectieve warmtevoorziening te organiseren creëren we een lappendeken van miljoenen individuele oplossingen. Wie niet de mogelijkheid heeft om een individuele warmte-oplossing te organiseren blijft achter. De weg naar een aardgasvrij Nederland is hobbelig en kronkelend, en het lijkt erop dat ergens onderweg onze kennis over de voordelen van een collectieve energievoorziening uit de wagen is gevallen.

In de mobiliteit is het delen van apparaten waarin veel (niet-hernieuwbare) grondstoffen verwerkt zijn inmiddels al gemeengoed. Doordat niet iedereen op dezelfde tijd de auto nodig heeft, zorgt het delen van auto’s ervoor dat er in totaal minder auto’s nodig zijn. De gelijktijdigheid van het autogebruik is niet 100%. Datzelfde geldt voor het energiegebruik: niet elke woning heeft op precies dezelfde tijd energie nodig. Sommige mensen staan wat eerder op of gaan later naar bed. Door als collectief in een gebied één gezamenlijke warmtepompinstallatie te plaatsen en alle woningen hierop aan te sluiten, kan flink bespaard worden op de materiaalkosten en milieu-impact van warmtepompen. De piekvraag van een collectieve warmtepomp is een stuk lager dan de optelsom van de piekvraag van veel individuele warmtepompen. Hoe meer woningen meedoen, hoe groter dit effect zal zijn. Als ook gebouwen met een andere functie worden meegenomen in het collectief, zoals kantoren of winkels, wordt de gezamenlijke piekvraag nog lager.

Naast de verlaagde piekvraag, levert een collectieve warmtepomp nog meer voordelen op. Deze kan efficiënter aangestuurd worden, kost minder energie, en er kan gebruikgemaakt worden van andere warmtesystemen. Denk aan warmte-opslag en lokaal beschikbare restwarmte, die in de toekomst kan worden gekoppeld. Ook bespaart het kosten, niet alleen voor de gebruikers van de warmte, maar ook voor de beheerders van het lokale elektriciteitsnet. Dat zit zo: voor een collectieve warmtepomp, mits goed geplaatst, is minder uitbreiding van ons overvolle elektriciteitsnet nodig dan voor de aansluiting van individuele warmtepompen. Daarmee kunnen collectieve warmte-oplossingen de energietransitie versnellen. Nu horen wij u al denken: een collectieve warmtepomp heeft toch ook een net nodig? Dat klopt, en de milieu-impact van een nieuw aan te leggen warmtenet moet dan ook meegenomen worden in de afweging. Per situatie zal verschillen of de collectieve voordelen van de warmtepomp samen met de verminderde belasting op het elektriciteitsnet opwegen tegen de aanleg van een warmtenet. Dit moet dus ook goed geanalyseerd worden.

Voor individuele burgers is het lastig om de eerste stap te zetten naar een gezamenlijk warmtesysteem. Een collectieve warmtepomp kan alleen uit als een groot deel van het gebied meedoet. Wanneer anderen zelf al een individuele warmte-oplossing hebben geplaatst, hebben zij geen reden meer om aan te haken. Hoe verder we komen in de energietransitie, hoe lastiger het wordt om collectieve oplossingen te realiseren. Daarom is het van belang dat gemeenten zo snel mogelijk aan de slag gaan met gezamenlijke warmtepompen. Met individualisme gaan we het in de energietransitie niet redden.

Neem contact op