Kosten, baten en instrumenten voor een klimaatadaptief Rotterdam
De gemeente Rotterdam wil haar stad klimaatadaptief inrichten. Als basis voor de interpretatie van wat ‘klimaatadaptief’ inhoudt, is de Landelijke Maatlat Klimaatadaptatie Gebouwde Omgeving gebruikt. Rebel onderzocht samen met Arcadis hoe de Maatlat kan worden toegepast binnen het Water- en Klimaatadaptatieprogramma (WKP) en welke bekostigingsinstrumenten daarbij passend zijn. Daarbij is specifiek gekeken naar de mogelijkheden van de rioolheffing.

De uitdaging
Rotterdam zoekt naar een toekomstbestendige aanpak om wateroverlast, hitte en biodiversiteitsverlies te beperken, en naar manieren om dit met het huidige instrumentarium te bekostigen. Dit vraagt om inzicht in de opgave, de baten en een inschatting van de bestaande instrumenten.
De aanpak
Samen met Arcadis ontwikkelden we een verkennende analyse van kosten, baten en bekostiging van klimaatadaptieve maatregelen in de bestaande gebouwde omgeving. Hierbij sloot Arcadis aan op de Maatlat en bracht de benodigde investeringen in beeld. Rebel nam de batenanalyse en het bekostigingsvraagstuk voor haar rekening.
Centraal in de aanpak stond het verbinden van klimaatadaptieve maatregelen aan maatschappelijke baten én bekostigingsbronnen. De analyse maakt gebruik van de Ladder der Bekostiging, waarmee inzicht wordt verkregen in welke baten mogelijk kunnen leiden tot extra middelen. Daarnaast worden baten gekoppeld aan baathebbers. Hierdoor ontstaat niet alleen inzicht in de effectiviteit van maatregelen, maar ook in de legitimiteit van hun bekostiging.
De batenanalyse leverde enkele belangrijke inzichten op. Zo blijkt de maatschappelijke businesscase voor een klimaatadaptief Rotterdam sterk positief uit te vallen. Veel maatregelen kunnen bovendien in de openbare ruimte worden gerealiseerd – mits rekening wordt gehouden met beheer en onderhoud. Maatregelen tegen hitte en wateroverlast leveren de meeste baten op. Deze liggen onder meer bij vastgoedwaarde, vermeden waterschade, gezondheid en CO₂-vastlegging.
Een eerste berekening laat zien dat grijze maatregelen, zoals waterbergende wegen, in sommige gevallen tot tien keer meer CO₂-uitstoot veroorzaken dan groene alternatieven, zoals wadi’s en bomen. Daarbij leveren groene maatregelen – mits er voldoende ruimte is – doorgaans meerdere baten op tegen lagere kosten. Dit bevestigt het uitgangspunt ‘groen, tenzij’, dat zowel maatschappelijk als financieel een goed uitgangspunt is.
Specifieke aandacht ging uit naar de rol van de rioolheffing als bekostigingsinstrument. De analyse laat zien dat een aanzienlijk deel van de klimaatadaptieve maatregelen binnen de wettelijke kaders via deze heffing bekostigd mag en kan worden. Daarmee biedt het onderzoek een concreet handelingsperspectief: inzicht in de omvang van de opgave, geschikte startmaatregelen en de meest logische financiële routes.
Impact
De studie biedt Rotterdam concrete handvatten voor klimaatadaptatiebeleid: waar te beginnen, wat het oplevert en hoe het kan worden bekostigd.